Skip to main content

Wat haalt het uit? (Interview)

Soms bekruipt je dat gevoel. Mensen vluchten in massa’s weg en er ontstaan opvangkampen waarvan de tranen je in de ogen springen. In de nieuwsflits –die op 19 juni in de kerken is uitgedeeld- komt de vraag ‘ Wat haalt het uit?’ aan de orde. Hoe ervaar je “iets” doen in een omgeving waar uitzichtloosheid het lijkt te winnen? Dan blijkt het geloof als drijvende kracht toch de moed te geven om verder te gaan.

Evert-Jan van den Heuvel is vrijwilliger bij de recreatieruimte van de noodopvang voor vluchtelingen in Ede. In het gebouw bij de Mauritskazerne worden ruim 350 vluchtelingen tijdelijk opgevangen totdat ze verhuizen naar een asielzoekerscentrum, waar de procedure van de asielaanvraag begint. Een paar vragen over het werk en de motivatie aan Evert-Jan.

Wat is uw motivatie om dit werk te gaan doen?
Mijn motivatie komt vanuit de bijbelse opdracht “Het minste wat je voor mijn broeders hebt gedaan, heb je voor mij gedaan” de vluchtelingen zijn veelal moslims, maar ze kunnen ook broeders worden.

Ik denk ook aan de opdracht “als je 2 rokken hebt, geef er één aan wie er geen heeft”. We hebben er in Nederland meestal wel meer dan 2.... Verder denk ik aan wat de Amerikanen en Engelsen voor onze bevrijding hebben gedaan. Je zal maar wonen in een gebied waar je van voor en achter beschoten wordt en vanuit de lucht gebombardeerd wordt.

Kun je in het kort aangeven wat je taak is?
We zijn gastgezin. Regelmatig komen er mensen eten. Soms vraag ik hen mee naar de Bethelkerk of kan ik hen helpen bij (papier)zaken, die voor hen moeilijk zijn. Verder houden mijn vrouw Wijnie en ik één avond per week toezicht in de recreatiezaal van de noodopvang. Dat geeft hen (en ons ook) veel plezier. Ze zijn even uit de dagelijkse verveling en kunnen een spel spelen. En met elkaar hebben we het goed.

Maar de problemen van vluchtelingen zijn zo groot. Helpt de hulp van een individu wel?
Het helpt zeker. Het geeft de vluchteling weer moed en hoop voor de toekomst, na alle traumatische ervaringen. Als we dit met vele individuen doen worden vele vluchtelingen geholpen.

Hoe kunnen andere gemeenteleden, die misschien niet in zo’n grote probleemsituatie kunnen stappen, wel iets voor bijv. het vluchtelingenvraagstuk betekenen?
Men zou als gemeente een activiteit kunnen organiseren. Daarbij kan men koffie of thee schenken. Of u kunt helpen bij het koken bij een georganiseerde groepsmaaltijd. Een andere optie is kleding afstaan voor de vluchtelingen, die ze via het Rode Kruis weer uitgedeeld krijgen. Ook een vriendelijk gebaar maken als je een vluchteling ergens tegenkomt wordt door hen al zeer gewaardeerd. Daarvoor hoef je hun taal niet echt te spreken en hoef je geen intensief contact te hebben.

Je werkt in een mix van culturen en geloven. Hoe houd je je eigen geloof en motivatie hierin levend?
Vanuit de wekelijkse samenkomsten van de gemeente, gesprekskringen en bijbellezing kan ik het geloof en motivatie levend houden. ‘Als je dit aan een van mijn minste broeders of zusters gedaan hebt, dan heb je het aan Mij gedaan’. Doe wel. Geloof dat een daad uit geloof gedaan van waarde is en bid om een zegen voor die ander in zijn of haar trieste of bijna hopeloze situatie.

In de diaconale nieuwsflits (zie bijlage) leest u nog een interview en ook praktische tips. Van harte ter lezing aanbevolen.